tehuis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tehuis    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • te·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tehuis tehuizen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hettehuiso

  1. vaste verblijfplaats
  2. weeshuis
    • Kinderen in tehuizen worden drie tot vier keer vaker slachtoffer van seksueel misbruik. 
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tehuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.