tussor

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tussor    (hulp, bestand)
  • IPA: /tyˈsɔr/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • tus·sor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tussor -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hettussoro

  1. (materiaalkunde) soort zijde uit draad gesponnen door de rupsen uit het geslacht Antheraea 
    • Na de nieuwe kostuums van gabardine, tussor en sharkskin (…) kwamen mooie schoenen, chique sokken en dure zakdoeken, broekriemen en dassen van het soort van de gouden das van Olly. [3]
Afgeleide begrippen
  • tussorspinner, tussorzijde
Overerving en ontlening

Gangbaarheid

  • Het woord 'tussor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
4 %van de Nederlanders;
6 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.