twister

Niet te verwarren met: Twister

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  twister    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • twis·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord twister twisters
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detwisterm

  1. iemand die de twist danst
  2. iemand die ruzie maakt
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord twister staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.