uitnemen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitnemen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·ne·men
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitnemen
nam uit
uitgenomen
klasse 4 volledig

Werkwoord

uitnemen

  1. overgankelijk vanuit iets een deel wegnemen
    • De arts die de verkeerde nier uitnam mag weer aan het werk. 

Gangbaarheid

  • Het woord uitnemen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.