uitsluiting

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitsluiting    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·slui·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord uitsluiting uitsluitingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deuitsluitingv

  1. het uitsluiten
    • 119 miljoen Europeanen lopen risico op armoede of sociale uitsluiting [1] 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uitsluiting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.