uk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uk    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʏk/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • uk
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘dreumes’ voor het eerst aangetroffen in 1897 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord uk ukken
verkleinwoord ukje ukjes

Zelfstandig naamwoord

deukm

  1. (familie) peuter, klein kind
    • De uk zat bij oma op schoot. 
Synoniemen
  1. ukkepuk, ukkie, ukkiepukkie

Gangbaarheid

  • Het woord uk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
79 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.