vacatie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vacatie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • va·ca·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vacatie vacaties
vacatiën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

devacatiev

  1. het onbezet zijn (van een betrekking), het vacant zijn
  2. vacatiegeld
Afgeleide begrippen
  • vacatierecht

Gangbaarheid

  • Het woord vacatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
41 %van de Nederlanders;
36 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.