vakantieadres
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vakantieadres (hulp, bestand)
Woordafbreking
- va·kan·tie·adres
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vakantie en adres
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vakantieadres | vakantieadressen |
verkleinwoord | vakantieadresje | vakantieadresjes |
Zelfstandig naamwoord
het vakantieadres o
- iemands adres tijdens zijn vakantie
Gangbaarheid
- Het woord vakantieadres staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.