veertiger
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: veertiger (hulp, bestand)
Woordafbreking
- veer·ti·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veertiger | veertigers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de veertiger m [1]
- iemand met een leeftijd tussen de 40 en 50 jaar
- De goed geklede veertiger deed erg zijn best om er nog jong uit te zien.
- In Lemon speelt haar echtgenoot Brett Gelman - tevens de co-scenarist van de film - een sukkelende veertiger in Los Angeles, die in een crisis terechtkomt als zijn - blinde - vriendin hem verlaat. [2]
- ▸ Nationale eenheid is nou eenmaal makkelijker te vangen in termen als democratie en vrijheid, dan in de persoon van een bolwangige veertiger.[3]
Bijvoeglijk naamwoord
- betrekking hebbend op de jaren tussen 40 en 50 van een eeuw
- In de veertiger jaren van de twintigste eeuw woede er een vreselijke oorlog in Europa en Azië.
Gangbaarheid
- Het woord veertiger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "veertiger" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC 26 januari 2017
- ↑ Weblink bron Tim Jansen“Vier vijf mei! Vervang Koningsdag door Bevrijdingsdag” (30/01/2013), HP de Tijd
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.