verleiden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  verleiden    (hulp, bestand)
  • IPA: /vərˈlɛidə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ver·lei·den
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘van de rechte weg afleiden’ voor het eerst aangetroffen in 1265 [1]
  • afgeleid van leiden met het voorvoegsel ver- [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verleiden
verleidde
verleid
zwak -d volledig

Werkwoord

verleiden

  1. overgankelijk tot kwaad brengen
    • Adam werd door Eva verleid in de appel te bijten. 
  2. iemand overhalen om iets te doen of te laten
  3. iemand overhalen om een (seksuele) relatie aan te gaan
    • De knappe jongen probeerde het rijke meisje te verleiden. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
verleien

verleiden

  1. meervoud verleden tijd van verleien
    • Wij verleiden. 
    • Jullie verleiden. 
    • Zij verleiden. 

Gangbaarheid

  • Het woord verleiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.