vertederend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vertederend    (hulp, bestand)
  • IPA: /vərˈtedərənt/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ver·te·de·rend

Werkwoord

vervoeging van: vertederen
verbogen vorm: vertederende

vertederend

  1. onvoltooid deelwoord van vertederen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen vertederendvertederendervertederendst
verbogen vertederendevertederenderevertederendste
partitief vertederendsvertederenders-

Bijvoeglijk naamwoord

vertederend [1]

  1. van iets dat men er vriendelijk en teder door gestemd raakt
    • Hij had een vertederend gezicht. Bij de Somme was zijn rechterslaap door een kogel geschramd. Hij was heel bang geweest, maar was ervanaf gekomen met een litteken dat zijn oog een beetje scheeftrok en hem iets speciaals gaf. [2] 
    • Vertederend! Douwe Bob ging vanmorgen in ijskoud Amsterdam een stukje fietsen met zijn dik ingepakte hondje. [3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vertederend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.