vlinders

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vlinders    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvlɪndərs/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • vlin·ders
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

devlindersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vlinder
     Op het fruit zitten verschillende kleurrijke vlinders: zwart met felrood, wit met oranje.[1]
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (insecten) een orde Lepidoptera  van gevleugelde insecten. De orde van de vlinders is na de orden van de vliesvleugeligen, de tweevleugeligen en de kevers, de grootste insectenorde binnen het dierenrijk: er zijn ongeveer 160.000 beschreven soorten. Vlinders leven in uiteenlopende biotopen: van koude toendra's tot woestijnachtige gebieden. De meeste soorten leven in tropische of subtropische gebieden. In het Nederlands Soortenregister staan van de 18.000 inheemse Nederlandse insectensoorten ruim 2200 soorten als vlinder geregistreerd, zodat ruim 12% van de Nederlandse insectensoorten bij de orde van de vlinders is ingedeeld
     De evolutie van vlinders wordt al tientallen jaren onderzocht.[2]
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord vlinders staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Nienke Beintema
    “Vlinders opkweken in de poppenkast van Artis” (9 augustus 2019) op nrc.nl
  2. Weblink bron
    Gemma Venhuizen
    “De vlinder kon 90 miljoen jaar geleden al horen” (24 oktober 2019) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.