vochten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vochten    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • voch·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vochten
vochtte
gevocht
zwak -t volledig

Werkwoord

vochten [2]

  1. vochtig maken of houden
Synoniemen
Hyponiemen

Werkwoord

vervoeging van
vechten

vochten

  1. meervoud verleden tijd van vechten
    • Wij vochten. 
    • Jullie vochten. 
    • Zij vochten. 

Zelfstandig naamwoord

devochtenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vocht

Gangbaarheid

  • Het woord vochten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.