voorbijfietsen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voorbijfietsen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • voor·bij·fiet·sen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
voorbijfietsen
fietste voorbij
voorbijgefietst
zwak -t volledig

Werkwoord

voorbijfietsen

  1. ergatief op de fiets voorbijgaan
    • Zij waren het veld nog niet voorbijgefietst toen hij een lekke band kreeg. 

Gangbaarheid

  • Het woord voorbijfietsen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.