watertanden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  watertanden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • wa·ter·tan·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
watertanden
watertandde
gewatertand
zwak -d volledig

Werkwoord

watertanden

  1. inergatief met grote trek naar iets (eetbaars) uitzien, het water in de mond krijgen.
    • Ze watertandden toen de heerlijke geur uit de keuken hun neusgaten bereikte. 
     Zijn laatste opmerking stelde me niet erg gerust, maar de gedachte aan bacon deed me watertanden.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord watertanden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Danielle Teller (vert. Marja Borg)
    “Er was eens iets anders” (2018), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026346477
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.