wegfiets

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wegfiets    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • weg·fiets
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wegfiets wegfietsen
verkleinwoord wegfietsje wegfietsjes

Zelfstandig naamwoord

dewegfietsv/m

  1. fiets geschikt voor wegwedstrijden

Werkwoord

vervoeging van
wegfietsen

wegfiets

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegfietsen
    • ... dat ik wegfiets. 

Gangbaarheid

  • Het woord wegfiets staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.