welgemoed
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: welgemoed (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wel·ge·moed
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wel en gemoed
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | welgemoed | welgemoeder | welgemoedst |
verbogen | welgemoede | welgemoedere | welgemoedste |
partitief | welgemoeds | welgemoeders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
Afgeleide begrippen
- welgemoedheid
Gangbaarheid
- Het woord welgemoed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "welgemoed" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.