welvoorzien

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  welvoorzien    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • wel·voor·zien
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen welvoorzien
verbogen welvoorziene
partitief welvoorziens

Bijvoeglijk naamwoord

welvoorzien [1]

  1. ruim bedeeld met het nodige, goed gevuld

Gangbaarheid

  • Het woord welvoorzien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.