width

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  width (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwɪtθ/
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van wide met het achtervoegsel -th
enkelvoud meervoud
width widths

Zelfstandig naamwoord

width

  1. breedte

Gangbaarheid

99 %van de Amerikanen;
100 %van de Britten.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.