woningbezetting

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  woningbezetting    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • wo·ning·be·zet·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord woningbezetting woningbezettingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dewoningbezettingv

  1. indicator van het aantal personen (gemiddeld) per woning
    • De gemiddelde woningbezetting is in de afgelopen jaren afgenomen. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.