wound

Engels

Uitspraak
  • Geluid:
    • (werkwoord wound)  wound (VS)    (hulp, bestand)
    • (naamwoord wound)  wound (VS)    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • wound
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudengelse woord wund.
vervoeging
onbepaalde wijs to  wound 
he/she/it  wounds 
verleden tijd  wounded 
voltooid
deelwoord
 wounded 
onvoltooid
deelwoord
 wounding 
gebiedende wijs  wound 

Werkwoord

wound

  1. verwonden
  2. krenken, wonden, ontstichten
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • to wound up
  • woundable, wounder, woundingly, woundless

Werkwoord

wound

  1. verleden tijd van wind
  2. voltooid deelwoord van wind
enkelvoud meervoud
wound wounds

Zelfstandig naamwoord

wound

  1. (medisch) wond, verwonding
Afgeleide begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.