zaagje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zaagje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zaag·je
Woordherkomst en -opbouw
  •  zaag zn  met het achtervoegsel -je
[2] enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord zaagje zaagjes

Zelfstandig naamwoord

hetzaagjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zaag
  2. dim. tant. (tweekleppigen) soort schelpdier, Donax vittatus , uit het geslacht Donax 
    • Naast het gewone zaagje is er ook het stompe zaagje van de Middellandse Zee. 
Afgeleide begrippen
  • glad zaagje, stomp zaagje, Zuid-Afrikaans zaagje, fijngetand zaagje, gekorreld zaagje,gestreept zaagje
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zaagje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.