zegden af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zegden af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zeg·den af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afzeggen

zegden af

  1. meervoud verleden tijd van afzeggen
    • Wij zegden af. 
    • Jullie zegden af. 
    • Zij zegden af. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord zegden af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.