ziekelijkheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ziekelijkheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zie·ke·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ziekelijkheid ziekelijkheden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deziekelijkheidv

  1. de geneigdheid vaak ziek te zijn
    • De ziekelijkheid van de kroonprins baarde zijn ouders veel zorgen. 

Gangbaarheid

  • Het woord ziekelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.