zwadderig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwadderig    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈzwɑdərəx/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • zwad·de·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van zwadderen met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen zwadderigzwadderigerzwadderigst
verbogen zwadderigezwadderigerezwadderigste
partitief zwadderigszwadderigers-

Bijvoeglijk naamwoord

zwadderig [1]

  1. (verouderd) als manier van schilderen: losjes schilderen
  2. (verouderd) van hoofdhaar: golvend, fladderend bewegen
  3. onrein, troebel, vuil

Gangbaarheid

  • Het woord 'zwadderig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
23 %van de Nederlanders;
39 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.