-lungelo

Xhosa

5 6 enkelvoud meervoud
nominatief ilungelo amalungelo
vocatief lilungelo malungelo
locatief
predicaat lilungelo ngamalungelo
negatief
predicaat
asilolungelo asingomalungelo

Zelfstandig naamwoord

ilungelo 5

  1. recht
    «Wonke ummi unelungelo lokuba nepaspoti.[1]»
    Iedere burger heeft recht een paspoort te hebben.

amalungelo 6

  1. rechten

Verwijzingen

  1. Zuid-Afrikaanse grondwet 21.4
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.