BV

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  BV    (hulp, bestand)
  • IPA: /beˈve/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • BV
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord BV BV's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

BV m

  1. (persoon) Nederlandstalige Belg die in Vlaanderen veel of lang in de publiciteit is

Zelfstandig naamwoord

deBVv/m

  1. verouderde spelling of vorm van bv tot 2006

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord BV staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Els Van Herbruggen
    “De relatie tussen de ‘roddelpers’ en de ‘BV’s’: Conflict, samenwerking of onderhandeling?”, masterscriptie (2010), Katholieke Universiteit Leuven, p. 10
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.