Belga
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Belga (hulp, bestand)
- IPA: /ˈbɛlɣa/
Woordafbreking
- Bel·ga
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | bezitsvorm | meervoud | |
---|---|---|---|
naamwoord | Belga | Belga's | |
verkleinwoord | - |
Eigennaam
Belga
- Belgisch persbureau dat nieuws verzamelt voor de media
- Ik was dus verplicht om onmiddellijk te reageren via het persbureau Belga, maar aan Belga kun je moeilijk mededelen: ‘Et alors!’ [1]
- sigarettenmerk
- Toen die twee jaar om waren - het eerste jaar werd tot wederzijdse voldoening verlengd - en ik mij in zijn bureau meldde om afscheid te nemen en het geld in ontvangst te nemen, friemelde hij één pakje Belga uit een slof en schoof mij dat toe. [2]
- merknaam voor verschillende Belgische producten
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Belga | Belga's |
verkleinwoord | (Belgaatje) | (Belgaatjes) |
Zelfstandig naamwoord
de Belga v
- sigaret van het gelijknamige merk
- Ik rookte een Belga van hem, tabak vervaardigd van oude bordeelmatrassen. [3]
- (economie) (historisch) Belgische munteenheid van 1926 tot 1944
- Dat devalueert meteen de Belga met 28 procent. [4]
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Martens, W.De memoires: luctor et emergo. 2e druk (2006) Lannoo, Tielt; ISBN 9789020965209; p. 848; geraadpleegd 2016-04-25
- ↑ Anthierens, J.GAL: De overspannen jaren. Opgetekend van 1960 tot 1996. (1996) EPO, Antwerpen-Berchem / De Geus, Breda; ISBN 9064457603; p. 33; geraadpleegd 2016-04-25
- ↑ Voeten, B.Neem je bed op en wandel. Brieven aan Bert Bakker senior 1954-1969. (1994) Uitgeverij De Bezige Bij, Amsterdam; ISBN 9023433734; p. 29; geraadpleegd 2016-04-25
- ↑ Mooijman, W.Forum: brieven, citaten, dokumenten en knipsels. (1969) Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum, Den Haag / Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam; p. 291; geraadpleegd 2016-04-25
Latijn
Eigennaam
Belga m
- Belg
- (geschiedenis) bewoner van de Nederlanden; naarmate een bewoner van de Noordelijke Nederlanden vaker als Batavus wordt aangeduid, krijgt Belga meer de betekenis "bewoner van de Zuidelijke Nederlanden"
- (geschiedenis) iemand die behoort tot het volk van de Belgae dat in de Romeinse tijd woonde in het gebied tussen Seine, Marne, Rijn en Noordzee
Overerving en ontlening
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.