Boerjatisch
Nederlands
|
|
|
|
Uitspraak
- Geluid: Boerjatisch (hulp, bestand)
- IPA: / burˈjatis / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- Boer·ja·tisch
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van Boerjaat met het achtervoegsel -isch
| enkelvoud | bezitsvorm | meervoud | |
|---|---|---|---|
| naamwoord | Boerjatisch | - | - |
| verkleinwoord | - | - | - |
Eigennaam
het Boerjatisch o
- geen meervoud (taal) (bua) macrotaal die behoort tot de oostelijke groep van de Mongoolse talen (De Boerjaten zijn een Mongools volk)
- De Mongoolse (bxm) en Chinese vorm (bxu) van het Boerjatisch worden maar door weinig mensen gesproken, maar de Russische vorm (bxr) heeft een half miljoen sprekers en wordt in kranten gebruikt.
Gangbaarheid
- Het woord 'Boerjatisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.