Centraal Planbureau
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Centraal Planbureau (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsɛntral ˈplɑmbyˌro / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- Cen·traal Plan·bu·reau
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van centraal en planbureau, geschreven met hoofdletters volgens spellingregel 16.N
enkelvoud | bezitsvorm | meervoud | |
---|---|---|---|
naamwoord | Centraal Planbureau | Centraal Planbureaus | - |
verkleinwoord | - | - | - |
Eigennaam
Centraal Planbureau o
- (regering) (economie) (Nederland) zelfstandig werkende organisatie waar economen nationaal beleid op sociaal-economisch gebied ondersteunen met vooruitberekeningen en evaluaties
Traditioneel kunnen landelijke politieke partijen de gevolgen van hun verkiezingsprogramma ook door het planbureau laten doorrekenen.- ▸ De economen van het Centraal Planbureau stelden donderdag hun raming voor de economie opnieuw bij.[1]
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
- Planbureau voor de Leefomgeving
- Sociaal en Cultureel Planbureau
Gangbaarheid
- Het woord Centraal Planbureau staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Marike Stellinga“Coronasteun afbouwen of niet?” (27 november 2020) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.