Folge

Duits

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈfɔlgə /
Woordafbreking
  • Fol·ge
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie 2996
enkelvoud meervoud
nominatief die Folgedie Folgen
genitief der Folgeder Folgen
datief der Folgeden Folgen
accusatief die Folgedie Folgen

Zelfstandig naamwoord

Folge, m

  1. rij
  2. gevolg, resultaat
  3. nasleep, resultaat
    «Die Folge davon, daß nicht genug Lebens- oder Geldmittel vorhanden sind, um den Lebensunterhalt aller zu sichern, ist der Tod.»
    Het resultaat van niet genoeg voedsel of geld hebben om iedereen te onderhouden, is de dood.
  4. (verouderd) gehoorzaamheid
Typische woordcombinaties
  • [2]: in rascher Folge
  • [3]: die Folgen tragen müssen
  • [3]: einer Anordnung Folge leisten
Synoniemen
  • [3]:  Interesse zn 
  • [3]:  Mitgefühl zn 
  • [3]:  Anteilnahme zn 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.