Spion

Niet te verwarren met: spion

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  Spion    (hulp, bestand)
  • IPA: / ʃpiˈoːn /
Woordafbreking
  • Spi·on
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Italiaanse zelfstandige naamwoord spione, dat van het Latijnse zelfstandige naamwoord spia komt, dat weer van het Latijnse werkwoord spiare afgleid is
enkelvoud meervoud
nominatief der Spiondie Spione
genitief des Spionsder Spione
datief dem Spionden Spionen
accusatief den Spiondie Spione

Zelfstandig naamwoord

Spion, m

  1. spion
    «Spione können für eine Regierung arbeiten, aber auch für ein Unternehmen.»
    Spionnen kunnen werken voor een overheid, maar ook voor bedrijven.
Afgeleide begrippen
  • Spionage
  • spionieren
  • Spioniererei
  • Spionin
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.