Teig

Duits

Uitspraak

Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
IPA: / taik /

Woordafbreking

Teig

Woordherkomst en -opbouw

Afkomstig van Middelhoogduits: teic zn ← Oudhoogduits: teig zn "iets gekneed", bekend sinds de 9e eeuw

Naar frequentie	20584

	enkelvoud	meervoud
nominatief	der Teig	die Teige
genitief	des Teigs	der Teige
datief	dem Teig	den Teige
accusatief	den Teig	die Teige

Zelfstandig naamwoord

Teig, m

(kookkunst), (voeding) deeg

Hyponiemen

Brotteig zn
Feinteig zn
Hefekuchenteig zn

Kuchenteig zn
Lebkuchenteig zn
Mürbeteig zn

Pizzateig zn
Sauerteig zn
Zwiebelkuchenteig zn

Afgeleide begrippen

Teigfarbe zn
teigartig bn
teigig bn
Teiggerüst zn
Teigling zn

Teigherstellung zn
Teigklumpen zn
Teiglockerung zn
Teigmasse zn
Teigmenge zn

Teigschaber zn
Teigschüssel zn
Teigtasche zn
Teigware zn
Teigwaren zn

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.