aalfuik
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aalfuik (hulp, bestand)
- IPA: / ˈalfœyk / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- aal·fuik
Woordherkomst en -opbouw
samenstelling van aal en fuik
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aalfuik | aalfuiken |
verkleinwoord | aalfuikje | aalfuikjes |
Zelfstandig naamwoord
de aalfuik v / m [1]
- (visserij) een fuik die gebruikt wordt voor het vangen van alen
- Het is verboden met de aalfuik te vissen indien de maaswijdte kleiner is dan 20 mm.
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord aalfuik staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aalfuik" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
62 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.