aanbouwsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanbouwsel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈambɑuwsəl/ (3 lettergrepen)
  • IPA: /ˈambʌʊsəɫ/
Woordafbreking
  • aan·bouw·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanbouwsel aanbouwsels
verkleinwoord aanbouwseltje aanbouwseltjes

Zelfstandig naamwoord

hetaanbouwselo

  1. (bouwkunde) het aangebouwde
    • De garage naast hun huis is een vreemd aanbouwsel. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aanbouwsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.