aanhoudend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanhoudend    (hulp, bestand)
  • IPA: /anˈhɑudənt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·hou·dend
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen aanhoudendaanhoudenderaanhoudendst
verbogen aanhoudendeaanhoudendereaanhoudendste
partitief aanhoudendsaanhoudenders-

Bijvoeglijk naamwoord

áánhoudend of aanhóúdend

  1. zonder ophouden, zonder stoppen
    • De aanhoudende regen leidde tot overstromingen. 
Synoniemen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van: aanhouden
verbogen vorm: aanhoudende

aanhoudend

  1. onvoltooid deelwoord van aanhouden

Gangbaarheid

  • Het woord aanhoudend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.