acajouboom

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  acajouboom    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aca·jou·boom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord acajouboom acajoubomen
verkleinwoord acajouboompje acajouboompjes

Zelfstandig naamwoord

deacajouboomm

  1. (bloemplanten) bepaald soort groenblijvende tropische boom, Anacardium occidentale 
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord acajouboom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.