aclarecer

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • a·cla·re·cer
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aclarecer
aclarecía
aclarecido
volledig

Werkwoord

aclarecer

  1. onovergankelijk opklaren
  2. aanbreken (v.d. dag)
  3. overgankelijk spoelen, afspoelen
  4. uitdunnen (van planten)
  5. verdunnen, dunner maken
  6. verklaren, toelichten
  7. ophelderen
Synoniemen

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.