afloden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afloden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·lo·den
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afloden [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afloden
loodde af
afgelood
zwak -d volledig
  1. (waterbeheer) (scheepvaart) met een dieplood de diepte van een water bepalen
  2. (bouwkunde) bepalen van een loodlijn
  3. afwachtend, verborgen, stil een situatie waarnemen om op basis van die waarneming te handelen
Synoniemen
  • [1] afdiepen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'afloden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
34 %van de Nederlanders;
39 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.