aforisme

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aforisme    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • afo·ris·me
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het middeleeuws Latijn, in de betekenis van ‘korte spreuk’ voor het eerst aangetroffen in 1615 [1]
  • Via het Middeleeuws Latijnse aphorismus van het Ougriekse ἀφορισμός, wat weer teruggaat tot ἀφορίζω met het achtervoegsel -isme [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord aforisme aforismen, aforismes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetaforismeo

  1. (letterkunde) korte spreuk met een kernachtige boodschap
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aforisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.