afschilderen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afschilderen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɑfsxɪldərə(n)/
Woordafbreking
  • af·schil·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afschilderen
schilderde af
afgeschilderd
zwak -d volledig

Werkwoord

afschilderen

  1. overgankelijk een meestal niet geheel terechte weergave van iets of iemand geven, waardoor de schrijver of spreker vooral aangeeft wat hij zelf vindt van de beschreven persoon
    • Hij werd daarin afgeschilderd als een louche figuur. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord afschilderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.