afschuring

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afschuring    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɑfsxyrɪŋ/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • af·schu·ring
Woordherkomst en -opbouw
  • naamwoord van handeling van  afschuren ww  met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord afschuring afschuringen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deafschuringv

  1. proces waarbij door wrijving met hard materiaal deeltjes uit een stijf oppervlak worden losgemaakt
     Het lag in de bedoeling van de Emmense overheden met de hulp van de kunstenaar het werk te renoveren, omdat het door afschuring en oprukkend struikgewas erg aangetast is.[1]
     Waar weer en wind echter vat kregen op de ogenschijnlijk harde rotsen, begon weldra afschuring eerst de kleine scherpe kanten af te slijpen.[2]
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'afschuring' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Paul DePondt
    Beeldenroute met hunebedden, zwerfkeien en turfafgravingen verkend : Historisch veenlandschap verlokt kunstenaars in: De Volkskrant , jrg. 65 nr. 19035 (24 maart 1987), NV De Volkskrant, 's-Hertogenbosch, p. 12 kol. 1
  2. Weblink bron
    Fritz Kahn
    De natuur en haar wonderen in: Algemeen Dagblad (6 februari 1954), Stichting Algemeen Dagblad, Rotterdam, p. 7 (8) kol. 1
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.