afstuwen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afstuwen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·stu·wen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afstuwen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afstuwen
stuwde af
afgestuwd
zwak -d volledig
  1. zware voorwerpen door duwen voortbewegen
Synoniemen

Gangbaarheid

64 %van de Nederlanders;
66 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.