afvalput
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afvalput (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·val·put
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van afval zn en put zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | afvalput | afvalputten |
| verkleinwoord | afvalputje | afvalputjes |
Zelfstandig naamwoord
de afvalput m
- put waardoor afvalwater kan wegstromen
- (figuurlijk) plaats waar men allerlei ongewenste zaken kan dumpen
- ▸ Niet alleen West Maas en Waal, ook de provincie Gelderland probeerde de granulietstort ook een halt toe te roepen. "We snappen dat je ergens met je afval heen moet, maar we zijn niet de afvalput van Noordwest-Europa", zei gedeputeerde Peter Drenth eerder.[2]
Gangbaarheid
- Het woord afvalput staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Ministerie hoeft niet in te grijpen bij stort granuliet” (Woensdag 13 oktober 2021, 13:39), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.