aidsrisico

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aidsrisico    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aids·ri·si·co
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aidsrisico aidsrisico's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

aidsrisico m/o

  1. (medisch) de risico's die men loopt om besmet te raken met het hivvirus
    • Polynesische travestieten, straatkinderen in India, de hoeren van Ivoorkust, Braziliaanse dienstplichtigen: wie rondloopt op de internationale aidsconferentie in Durban kan constateren dat tegenwoordig bijna de hele wereld op seksueel gedrag en aidsrisico wordt onderzocht.[1] 
    • 'Het wordt de grootste crisis waarmee het bedrijfsleven ooit te kampen heeft gehad', waarschuwt de grote verzekeringsmaatschappij Metropolitan. Maar in de dorpen en wijken waar het aidsrisico het hoogst is lijkt weinig te veranderen.[2] 

Gangbaarheid

  • Het woord aidsrisico staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. De Volkskrant Hans Moleman 14 juli 2000 Aids in Congo? Volgens de cijfers valt het mee
  2. De Volkskrant Hans Moleman 23 juli 1999 Aids verwoest toekomst van Zuid-Afrika
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.