allroundtoernooi

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  allroundtoernooi    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • all·round·toer·nooi
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord allroundtoernooi allroundtoernooien
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het allroundtoernooi o

  1. (sport) wedstrijd over verschillende, kortere en langere, afstanden met name bij het langebaanschaatsen
    ▸ De mannen beginnen hun allroundtoernooi pas op zaterdag en ook de sprintsters komen dan voor het eerst in actie.[1]
    ▸ De Vries kon niet precies uitleggen waarom het zo goed ging dit weekend. "Het kwam gewoon allemaal precies goed uit. Ik rijd namelijk nooit goede afstanden in een allroundtoernooi, maar nu valt het allemaal op z'n plek. Dit is echt super!"[2]
    ▸ De Laat eindigde als tweede, maar dat was niet genoeg om zijn allroundtoernooi te redden met een medaille. Op de achtervolging veroverde De Laat even later wel het goud met de Nederlandse ploeg.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord allroundtoernooi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. ↑ Weblink bron “Loting EK's schaatsen: Verbij treft Lorentzen op 1.000 meter” (Vrijdag 11 januari 2019, 00:32), NOS
  2. ↑ Weblink bron “'Trotse' De Vries onttroont Bosker en is Nederlands kampioen allround” (Zondag 27 januari 2019, 13:26), NOS
  3. ↑ Weblink bron “De Laat stelt zichzelf teleur met vijfde plaats op WK: 'Ben zo kwaad op mezelf'” (Zondag 7 maart 2021, 14:50), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.