ambtshalve

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ambtshalve    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ambts·hal·ve
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van ambt met het achtervoegsel -halve en met het invoegsel -s-.

Bijwoord

ambtshalve

  1. vanwege het ambt
    • De burgemeester moet ontvangsten uit bijbanen die hij ambtshalve heeft in de gemeentekas storten. 
    1. (in het bijzonder) door een functionaris uit eigen beweging, niet als onderdeel van het officieel afhandelen van een klacht, aangifte of verzoek
      • Omdat de parkeerwachter overduidelijk een vergissing had gemaakt, werd de parkeerboete ambtshalve ongedaan gemaakt. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ambtshalve staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.