arts-patiënt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  arts-patiënt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • arts-·pa·ti·ent
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord arts-patiënt arts-patiënten
verkleinwoord arts-patiëntje arts-patiëntjes

Zelfstandig naamwoord

  1. (medisch) patiënt die arts van beroep is

Gangbaarheid

  • Het woord 'arts-patiënt' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.