aversie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aversie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aver·sie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘afkeer’ voor het eerst aangetroffen in 1593 [1]
  • afgeleid van het Franse aversion of daarvoor van het Latijnse 'aversiō'
enkelvoud meervoud
naamwoord aversie aversies
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deaversiev

  1. afkeer, tegenzin
     Naargelang ze de site vaker bezochten, groeide hun aversie tegen het all-inclusive systeem.[2]
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aversie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.