azijnmaker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  azijnmaker    (hulp, bestand)
  • IPA: /aˈzɛimakər/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • azijn·ma·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord azijnmaker azijnmakers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deazijnmakerm

  1. (beroep) persoon die azijn maakt van bier, wijn of andere alcoholische dranken
     De experts die aan het woord kwamen, hadden weinig lovends te melden over de azijn waarmee half Nederland zijn salade aanmaakt. ,,Je kunt niet iets goed maken als je basis echt prut is", zei de Franse azijnmaker Adrien, die de Nederlandse waren proefde. Wijnexpert Yvo Pieksman schrok toen hij het spul uit het eerste flesje rook. ,,Het slaat op je hoofd”, zei hij tegen Marijn Frank van het tv-programma. Die voegde daaraan toe: ,,Het is alsof je overgegeven hebt en nog een keer moet.” ,,Je hebt gelijk", vond Pieksman. ,,Dat is een goeie.”[2]
  2. (bedrijf) onderneming die azijn produceert

Gangbaarheid

  • Het woord 'azijnmaker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    Ellen den Hollander
    “Herkomst wijnazijn blijft vaak schimmig: ‘Het is alsof je overgegeven hebt en nog een keer moet’” (5 november 2021), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.